KB erkenningsnormen voor ambulancediensten actief binnen de DGH
Beste VVVS-collega’s,
Met de publicatie van het “Koninklijk besluit tot vaststelling van de erkenningsnormen voor ambulancediensten actief binnen de dringende geneeskundige hulpverlening” op 4 juli wordt ook de verdere uitrol van PIT-teams mogelijk gemaakt.
Toch dient opgemerkt te worden dat het KB in essentie de normen vastlegt waaraan een 112-ziekenwagendienst moet voldoen. De PIT wordt hier dan bijgebracht met vermelding van specifieke voorwaarden. We bekijken samen met jullie hoe het KB is opgebouwd en wat de belangrijkste wijzigingen zijn.
Hoofdstuk 1: Gebruikte Termen
Om dit onderdeel van de site te bekijken moet je aangemeld zijn op je “Mijn VVVS” account.
Daarnaast vinden we hier ook terug dat een PIT-verpleegkundige houder moet zijn van de bijzondere beroepstitel ‘verpleegkundige gespecialiseerd in de intensieve zorg en spoedgevallenzorg’ én minstens 80 procent werkzaam moet zijn binnen een functie gespecialiseerde spoedgevallenzorg. Het gaat hier wel degelijk over inzet op een spoedgevallendienst; een eventueel aandeel op intensieve zorgen wordt niet weerhouden.
Hoofdstuk 2: Erkenningsvoorwaarden voor Ambulancediensten
Hier geeft men de erkenningsvoorwaarden voor een ziekenwagendienst (en dus ook een PIT-dienst). Enkele belangrijke punten:
- Permanentie:
- Elke dienst moet onder dak zijn, steeds 24/7 beschikbaar, en een maximale vertrektijd van 3 minuten hebben. Uitzonderingen hierop kunnen enkel mits gunstig advies van de Federaal Gezondheidsinspecteur en bureau PCDGH.
- De vertrekplaats van de ambulances dient afgesloten te zijn. De wachtruimte voor het team moet gescheiden zijn van de parkeerplaats van de ziekenwagen, en er moet een afgesloten opslagruimte zijn voor materiaal en geneesmiddelen.
- Er moet een aparte ruimte zijn voor het reinigen en desinfecteren van materiaal, waarbij propere en vuile stromen gescheiden zijn.
- Kwaliteitsplan (Artikel 17):
- Er moet een kwaliteitsplan zijn dat gegevens bevat zoals onbeschikbaarheden met hun reden, vertrektijden, incidenten en klachten, inspecties, facturatie, opleiding van de Hulpverlener-ambulanciers en welzijn op het werk.
- Het plan moet ook aangeven welke zelfcontroleprocedures er zijn, welke verpleegkundige en/of arts is aangesteld om procedures op te stellen, en er moet een hygiëneplan worden toegevoegd. Dit hygiëneplan moet vermelden welke hygiënist de dienst adviseert (verpleegkundige of arts).
- Jaarlijks stuurt de Federaal Gezondheidsinspecteur een verslag met beoordeling of het kwaliteitsplan wordt gevolgd. Bij inbreuken wordt een termijn gesteld waarbinnen moet worden geremedieerd.
- Voertuigbeheer (Artikel 30):
- Elke dienst moet maatregelen treffen om bij defect van een voertuig binnen 24 uur een vervangvoertuig te hebben (eventueel door extern te huren of te lenen bij een andere dienst).
- Een ziekenwagen moet beschikken over zowel een mobiele als een draagbare radio. Daarnaast dient er een toegewezen GSM met handsfree kit te zijn.
Vanaf Artikel 37 komen we aan bij de specifieke bijkomende voorwaarden voor een PIT:
- Bemanning:
- Een PIT-bemanning bestaat minimaal uit een hulpverlener-ambulancier en één PIT-verpleegkundige.
- De PIT-verpleegkundige moet houder zijn van de BBT verpleegkundige gespecialiseerd in intensieve zorgen en spoedgevallenzorg, minstens 80% werkzaam zijn binnen een functie gespecialiseerde spoedgevallenzorg en minimaal 2 jaar ervaring hebben op spoedgevallen. Hij moet ook met succes een opleiding hebben gevolgd voor het toepassen van de federale staande orders/procedures en de gedelegeerde handelingen.
- PIT-verbindingsarts:
- De PIT moet vitale parameters en ECG op afstand kunnen doorsturen naar een PIT-verbindingsarts. Deze is een specialist urgentiegeneeskunde of houder van de bijzondere beroepstitel urgentiegeneeskunde en werkt minstens halftijds op een spoedgevallendienst (laatstejaars in opleiding mogen deze functie ook opnemen). Deze arts moet 24/7 beschikbaar zijn voor advies op vraag van het PIT-team en mag niet gelijktijdig de MUG-permanentie noch DirMed permanentie waarnemen.
- Medisch Beheerder PIT:
- Deze neemt de medisch-administratieve verantwoordelijkheid van één of meerdere PIT’s op. Dit kan eventueel ook op niveau van een ziekenhuisnetwerk afgesproken worden voor meerdere PIT’s. Deze arts tekent de staande orders af.
- Standplaats PIT:
- De standplaats van een PIT is een campus van een ziekenhuis met een functie gespecialiseerde spoedgevallenzorg. Eventueel kan de standplaats een campus van een ziekenhuis zonder spoed of zelfs buiten een ziekenhuiscampus zijn indien het interventiegrondgebied dit verantwoordt. Dit betekent dat deze laatste twee opties worden genomen indien er anders onvoldoende spreiding van middelen is om snelle interventie te verzekeren.
- Uitbating PIT door derden:
- Het KB laat toe dat een PIT wordt uitgebaat door een andere organisatie dan een ziekenhuis(netwerk). In dat geval dient een overeenkomst te worden gesloten met een ziekenhuis(netwerk) dat beschikt over minstens één gespecialiseerde functie spoedgevallenzorg. Hierin moet worden overeengekomen wie de medisch beheerder PIT zal zijn, hoe de permanentie van de PIT-verbindingsarts wordt geregeld, hoe het medisch toezicht wordt afgesproken, waar de permanentieplaats zal zijn, hoe de geneesmiddelen worden toegeleverd, en hoe de financiën worden verdeeld.
- Opleidingsprogramma:
- De medisch beheerder PIT en de hoofdverpleegkundige van de spoedgevallendienst waarmee de PIT-dienst een overeenkomst heeft gesloten, ontwikkelen het opleidingsprogramma voor de PIT-verpleegkundigen en borgen de kwaliteit van de opleiding van de PIT-verbindingsartsen. PIT-verpleegkundigen kunnen enkel worden ingezet mits goedkeuring van de hoofdverpleegkundige van spoedgevallendienst waarmee een eventuele externe partner een overeenkomst sloot.
- Het is duidelijk dat de overheid samenwerking tussen ziekenhuizen en derden voor de uitbating van PIT wil behouden om zo flexibel en dynamisch mogelijk te kunnen werken. Hierbij heeft men echter de innige verbondenheid van elke PIT met een gespecialiseerde functie spoedgevallenzorg willen garanderen en medisch/verpleegkundige kwaliteitstoezicht willen verzekeren.
Hoofdstuk 3: Erkenningsprocedure
We beperken ons tot de belangrijkste punten:
- Duur van de Erkenning:
- Een conventie zal niet meer zoals vandaag voor onbepaalde duur zijn. Ze is geldig voor maximaal 5 jaar (maar er kan ook door de minister worden beslist om ze korter te maken). Voor het aflopen van de erkenningstermijn dient een dienst een nieuwe aanvraag te doen indien ze de erkenning wil verlengen.
- Schorsing van Erkenning:
- Erkenningen kunnen op basis van dit KB worden geschorst, in eerste instantie tijdelijk maar ook definitief, indien niet wordt voldaan aan de bepalingen van dit KB. Hierin spelen het bureau van de Provinciale Commissie DGH en de Federale Gezondheidsinspecteur een belangrijke rol. Het KB beschrijft al deze procedures uitgebreid.
- Overgangsmaatregelen:
- Elke huidige houder van een conventie geniet van een voorlopige erkenning voor twee jaar, op voorwaarde dat de dienst binnen de 3 maanden na inwerkingtreding van het KB een erkenningsaanvraag indient. In dit geval is de deadline 30/11/2024. De elementen die moeten beschreven zijn in de erkenningsaanvraag zijn te vinden onder artikel 56. Hierin dient onder andere het kwaliteitsplan aanwezig te zijn.
- Uiteindelijk hebben bestaande diensten dan bij goedkeuring 2 jaar om aan het volledige KB te voldoen (onder andere bijvoorbeeld het tewerkstellingspercentage van 80% voor de PIT-verpleegkundige).
Wij blijven beschikbaar voor eventuele vragen.